Partijen slaan de handen ineen om ongelijkbladig vederkruid, waterwaaier en grote waternavel te verwijderen uit natuurgebied Weerribben en Wieden. Lukt het om met de gekozen strategie de exoten in de Weerribben en Wieden terug te dringen of stopt de weerbarstige praktijk de bestrijding?
Auteur: Evelien Bakker (Waterschap Drents Overijsselse Delta)
Het natuurgebied Weerribben en Wieden in de provincie Overijssel is een Natura 2000 gebied en bevat veel KRW-watergangen . Het Is in beheer en eigendom van Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten, gemeente Steenwijkerland, provincie Overijssel en waterschap Drents Overijsselse Delta. Sinds 2021 zijn verschillende invasieve exoten waargenomen, zoals ongelijkbladig vederkruid, waterwaaier en grote waternavel. De exoten zijn al verschillende keren verwijderd, maar door de grote omvang van het gebied en de verschillende eigenaren, is dit erg complex. Daarom is Waterschap Drents Overijsselse Delta in gesprek gegaan met de verschillende terreinbeheerders en de provincie Overijssel om een gezamenlijke aanpak te maken.
De weerbarstige praktijk
De aanpak heeft als doel om in ieder geval te zorgen dat de verschillende soorten exoten niet verder uitbreiden. De strategie is om jaarlijks zes handmatige rondes uit te voeren en twee machinale rondes (harkmethode). Voor deze aanpak heeft het waterschap twee aannemers gecontracteerd. Helaas zijn de aannemers voor de planning afhankelijk van de onderaannemer waardoor de bedachte planning niet wordt gehaald. Daarnaast vallen de vooraf ingeschatte kosten in de praktijk veel hoger uit. Diverse terreineigenaren zetten dezelfde onderaannemer in en blijken zo elkaars concurrenten te worden. Daarbij vindt vermoedelijk herbesmetting plaats vanuit elkaars terreinen. Tenslotte worden de exoten ook nog verder verspreid door de recreatievaart en door rietsnijders. Hoe weerbarstig de praktijk is blijkt als tijdens de uitvoering van het plan één van de terreinbeherende organisaties een eigen strategie volgt in plaats van het plan.
Tijd voor een nieuw plan
Kortom, de gezamenlijke aanpak is wel een wens, maar blijkt in de praktijk toch lastig. Maar met deze ervaring wordt wel een vervolgplan opgesteld. Er is een bestuurlijke samenwerkingsovereenkomst door de verschillende partijen in voorbereiding en er is een wens om een gezamenlijk bestek op de markt te zetten. Daarnaast is er een aanvraag ingediend voor een Europese Life subsidie. De aanpak gaat dan breder dan alleen het verwijderen van de exoten, het is ook gericht op samenwerking en communicatie. De provincie is in overleg met het Rijk voor financiering. Ondertussen is het waterschap met de verschillende partijen in overleg en is een risicoanalyse met vijf kansrijke scenario’s opgesteld. Nu volgt de stap om gezamenlijk te kiezen voor een scenario en de financiering rond te krijgen. Lukt het om met de gekozen strategie de exoten in de Weerribben en Wieden terug te dringen of stopt de bestrijding?